CPR/EHBO - Barotraumata

(Dodelijke) duikongevallen onderwater

Het is een pijnlijke vaststelling dat duiken alleen mediabelangstelling geniet als er nog maar eens over een (liefst dodelijk) duikongeval bericht kan worden. En veelal wordt de indruk meegegeven dat hierbij decompressieongevallen - ik mijd secuur de term 'decompressieziekte' - de grootste boosdoeners zijn. Toch is het aantal (dodelijke) duikongevallen dat daaraan te wijten is in feite zeer beperkt. Er zijn zoveel andere veel voorkomende verwondingen en ziektes die tijdens een duik(trip) kunnen optreden, en die vaak ernstiger of fataler zijn dan deco-gerelateerde.

Verdrinking is per definitie de meest voorkomende doodsoorzaak bij duikongevallen of (en soms veeleer) -sterfgevallen. Een optredend hartprobleem onderwater (en waardoor men verdrinkt) is bvb. een duiksterfgeval, en dat neemt statistisch maar liefst een kwart van alle dodelijke ongevallen onderwater voor zijn rekening. De grootste oorzaak van verdrinking is zonder lucht vallen (sowieso quasi steeds een menselijke fout dus), 40% van het geregistreerde totale aantal. Tot slot hebben we nog materiaalproblemen (15%) of eigen aan de omgeving (bvb. verstrikt raken, meegezogen worden door de stroming, etc. - 20%).

Terecht wordt veel aandacht besteed aan de preventie van deco-ongevallen (training in duiktabelberekening en gebruik van computers, doorgedreven duikplanning, etc.), maar even belangrijk is de focus op alle andere gezondheids- en veiligheidsproblemen. Ongelukken zijn per definitie ongepland, dus onze beste verdediging ertegen is educatie en oplettendheid.

Tip: volg zeker een EFR-cursus !

Uit: Duiken (magazine en website).

Neurologische beoordeling voor duikers

Veel duikers die het slachtoffer zijn van een decompressieongeval hebben ook een beschadiging van het zenuwstelsel opgelopen. Tekenen en symptomen zijn meestal vaag en/of worden niet (onmiddellijk) (h)erkend omdat ze genegeerd worden of ervan uitgegaan wordt dat het er wel niets mee te maken zal hebben. In de DAN On-Site Neurological Assessment for Divers-cursus leer je enkele eenvoudige controletechnieken. Maar een aantal eenvoudige testjes kan je zelf uitvoeren...

Noteer de vaststellingen en geef deze alleszins mee aan de hulpdiensten (als die ter plaatse komen).

Uit: Duiken (magazine en website).

Oor- en sinusproblemen

Hét duik(ers)probleem bij uitstek; dat zal niemand ontkennen (en ik nog het minst...). Verkeerde klaartechnieken, infecties van de luchtwegen, allergieën, littekens van vroegere infecties of operaties, en anatomische afwijkingen zijn nefast voor het aanpassen van de druk in oren en sinussen. Ook kou(d water) doet geen deugd, want kan duizeligheid veroorzaken door het stimuleren van het binnenoor. Drukgelateerde oor- en sinusproblemen mogen niet gene(gli)geerd worden. Een barotrauma ligt altijd op de loer, decompressieongeval incluis.

Preventie:

Oor dicht na een duik:

Een ander fenomeen is een oor dat tijdelijk verstopt lijkt na een duik, net of er water in blijft zitten dat er niet meteen uit wil. Dat ligt aan het middenoor dat zijn overdruk niet kwijt kan tijdens de opstijging (het is dus een omgekeerd klaringsprobleem). De buis van Eustachius wordt geïrriteerd en de doorgang van de uitzettende lucht belemmerd. Door de overdruk in het middenoor bolt het trommelvlies licht naar buiten, waardoor geluiden niet goed meer doorgegeven worden aan de gehoorbeentjes. Er ontstaat een dof geluid en het (vals) gevoel dat er water in blijft zitten.

Na verloop van tijd (bvb. een kwartiertje) verdwijnt het vanzelf, maar veel kans heb je de keer nadien weer prijs. Je kan altijd wat zout water snuiven of een neusspray zoals Otrivin gebruiken. En belangrijk is en blijft: goed en veelvuldig klaren tijdens de duik !

Zie ook: Oorontsteking.

Uit: Duiken (magazine en website).

Factoren die het risicio op een decompressieongeval verhogen

Eerst en vooral vinden we de term 'decompressieziekte' wat misplaatst (caissonziekte of duikersziekte incluis !). Het is immers wel degelijk een barotraumatisch duikongeval (verwonding veroorzaakt door drukverschillen, zoals longoverdruk) en geen ziekte (= schadelijke lichamelijke of psychische afwijking van een organisme).

Elke duiker met een basisopleiding weet intussen dat spijts het hanteren van een normaal, zelfs conservatief duikprofiel (met respect voor de opstijgregels en het maken van een veiligheidsstop), je toch duizelig en misselijk kan zijn na een duik, met als (ongeloofwaardig klinkende) diagnose: een decompressieongeval. Naast duikdiepte en -tijd - het enige waar duiktabellen en -computers (want gebaseerd op wiskundige modellen) rekening mee houden - zijn er immers nog talrijke factoren gelinkt aan jezelf (als duiker) die het risico op in de hand kunnen werken.

Hieronder een oplijsting van de voornaamste...

De algemene conclusie kan zeker alleen zijn: blijf binnen de (gestelde) limieten en duik des te conservatiever als je weet dat je aan één of meerdere van voorgaande (of andere) risico's onderhevig bent (of deze niet kunt vermijden of verminderen). Leef en eet gezond, blijf in beweging, onderhou je vaardigheden (vooral via zwembadtrainingen) en beoefen (indien mogelijk) andere sporten om de lichamelijke conditie ook op peil te houden.

Uit: Duiken (magazine en website).