Praktisch

Hoe wordt een fles gekeurd?

Hier vind je een heel interessant artikel daarover in het online magazine Duiken.

Het verzorgen van je droogpak

Hier vind je een heel interessant artikel daarover in het online magazine Duiken.

Stromingsduiken

Voor de ene de ultieme kick, voor de andere een noodzakelijk kwaad (bvb. om kans te maken op ontmoetingen met grote zeedieren) en voor de derde een absolute 'no go'. De ingesteldheid t.a.v. stroming(sduiken) verschilt van duiker tot duiker. Als de stroming rustig en regelmatig is, geen wervelingen vormt en ook niet omhoog of omlaag trekt, is ertegenin duiken voor velen acceptabel. Veel hangt natuurlijk ook af van de eigen conditie en het stressniveau. Toch kan je eenvoudig met stroming leren omgaan, mits wat oefening. Er hoeft zeker geen harde training en jarenlange ervaring aan vooraf te gaan.

Stroming is een natuurverschijnsel. Het is niet goed of slecht, het bestaat gewoon. En je moet je er te allen tijde bewust van zijn. Slecht inschatten kan je echt in moeilijkheden brengen. Duik zeker met een ervaren gids in een stromingsrijk gebied dat je niet kent. En volg terzake altijd de instructies uit de briefing op. Vecht zeker niet tegen stroming die je verrast en uitput, maar maak een gecontroleerde opstijging en beëindig de duik. Gebruik je decoballon als je eventueel in open water nog trappen moet of een veiligheidsstop wilt maken.

Goed voorbereiden op een duik met stroming begint al op voorhand. Hoe sterk is die en wat is de richting? Kan dat betrouwbaar meegegeven worden op de briefing? Wordt het eventueel uitgetest? Worden er afspraken gemaakt rondom situaties die zich kunnen voordoen ingevolge de aanwezigheid van stroming? Zijn de golven zo hoog dat de bemanning van de boot de duikers niet meer kan lokaliseren? Is er zonlicht? Zijn er buien op komst? Hoe kijkt je buddy ertegenaan? Een gouden regel is alleszins: duik binnen de decolimieten. En duik zo dicht mogelijk tegen de bodem of wand (rif); daar zijn de waterbewegingen altijd minder (sterk).

Bij veel sporten wordt op het belang gewezen van uitademing tijdens de inspanning. Het is een gekende duikreflex om de adem in te houden bij inspanning en stress. We worden dan vol lucht gepompt en de longen vernauwen het hart. Dat geeft een gevoel van druk op de borst. We kunnen dan moeilijker de vereiste kracht zetten om stroming te bedwingen. Paniek is dan niet ver weg meer...

Hoe kun je als duiker tegen de stroom inzwemmen, weinig lucht verbruiken en je toch comfortabel voelen? Controleer de ademhaling en adem altijd rustig en volledig uit voor je weer inademt. Beweeg de vinnen rustig en beheerst, maar met de nodige beenkracht. Als je meer voortstuwing nodig hebt, vergroot dan de cyclus van de vinbewegingen en ga niet alleen sneller zwemmen. Laat je niet opjagen (indien van toepassing) en pauzeer wanneer je daar behoefte aan hebt. Optioneel hou je je ergens aan vast (zolang het maar geen levend koraal is...). En laat je vooral niet leiden door angst om de controle te verliezen.

Zie ook: Afgedreven in de stroming.

Uit: Duiken (magazine en website).

Tips en informatie over snorkelen en duiken

Aangeboden door

De juiste buddy

Als kind krijg je van je ouders al te horen dat je niet met vreemden mag meegaan. Ook in het duiken is die regel tot op zekere hoogte van toepassing; best duik je altijd met iemand die je kent en bij wie je je ook goed voelt. In een goed buddyteam weten duikers wat ze aan elkaar hebben en passen ze zich ook goed aan elkaar aan.

Maar uiteraard zal je onvermijdelijk al eens (moeten) duiken met iemand die je minder goed of helemaal niet kent, in clubverband maar zeker als je solo een duikreis maakt, en vaak iemand anders (hoewel uiteraard meestal een ervaren en professionele duikverantwoordelijke) je een (of meerdere) buddy('s) toewijst.

Of iemand bij je past, dien je zo snel mogelijk aan te voelen. Bij de briefing moet al veel duidelijk worden. Welke opleiding en ervaring heeft mijn buddy? Willen we wel hetzelfde type duik maken (leuk en relaxt of juist extreem)? Ook bespreek je diepte, duiktijd en het noodplan. Hoe meer overeenkomsten er zijn, hoe beter. Als je alleen al tijdens het praten geen goed gevoel hebt, mag je dat rustig zeggen en zoek of vraag je iemand anders. Gewoon meeduiken met een (ingehuurde) gids is altijd beter dan je ergeren aan een buddy (die je misschien nog in gevaar brengt ook).

Over jouw duik(en) heb je ten slotte nog altijd zelf het laatste woord ! Het internet biedt in elk geval het voordeel dat je vaak al op voorhand een geschikt duikcentrum kan zoeken. En soms kan op het thuisfront ook beter eens naar een andere club uitgekeken worden. Daar kan ikzelf intussen al van meespreken...

Zie ook: Ademhalen onder water.

Uit: Duiken (magazine en website).

Welk pak aantrekken?

In het recreatieduiken maken we vooral gebruik van bodysuits (snorkel- of tropenpakken), neopreen (of rubberen) nat-, semi-droog- en droogpakken, en trilaminaat droogpakken.

Bodysuits (dikte 1 tot 3 mm) - en zeker de shortys' met korte pijpen en zonder mouwen - kunnen we alleen in de tropen gebruiken, met watertemperaturen boven de 27°C, dat is evident. Vanaf 24°C is een full suit van 3 mm aanbevolen, en vanaf 18°C een pak van zeker 5 mm (en met kap). Vanaf 10°C opteer je best voor een 7 mm (met handschoenen). In een tweedelig of semi-droogpak blijf je nog warmer. Onder de 10°C is een droogpak bijna een must.

Het hangt natuurlijk ook af van duiker tot duiker (smaak, lichamelijk gestel). Er is zoveel te kiezen van design, voering van het materiaal, plaats van de ritsen, seals, etc. En een persoon met meer vetgehalte kan meer kou aan dan een graatmager iemand (pas op: dat heeft ook nadelen, hé).

Andere overwegingen:

in een (ruwe) omgeving waar bescherming tegen kwallen, schaafwonden, etc. zich opdringt, gebruik je best sowieso een full suit met kap en handschoentjes;
voormelde temperaturen zijn te verstaan als bodemtemperaturen (of de koudste temperatuur die je tijdens je duik mag verwachten alngl. de diepte die je wil aandoen), niet als oppervlaktetemperaturen. Zeker in de zomer zijn er in onze koudwaterputten fameuze thermoclines (en haalt de temperatuur beneden soms niet eens de 10°C);
je kan een extra laagje toevoegen met behulp van een ondervestje, als dat het aan- en uittrekken van een pak niet (te) bemoeilijkt of zelfs onmogelijk maakt. Vaak zul je voor ondervestjes ook na de duik assistentie nodig hebben om ze uit te trekken, want die plakken werkelijk op je lichaam (wat ook de bedoeling is om effect te hebben).

Uit: Duiken (magazine en website).

Hier vind je een heel interessant artikel over de aanschaf van een droogpak in het online magazine Duiken.

Succesvol onderwaterfotograferen

Hier vind je een heel interessant artikel daarover in het online magazine Duiken.

Tips om ongelukken op duikboten te voorkomen

Hier vind je een heel interessant artikel daarover in het online magazine Duiken.

Duikbriefing (en debriefing)

Duikers zijn hier normaal gezien (goed) mee vertrouwd, want dit wordt reeds onder de aandacht gebracht in alle basisopleidingen. Vooral bij club- en bootduiken met veel mensen, zeker als daarbij ook nog praktische vaardigheden aangeleerd of proeven afgenomen worden, wordt daar zeker de nodige aandacht aan besteed. Maar welke onderwerpen moeten nu allemaal aan bod komen?

Administrativia en ploegenindeling

Papieren invullen, inkomgeld, etc.

Beschrijving van de duikstek en -omstandigheden

Wat is de preciese naam en wat maakt deze plaats zo uniek of bijzonder? Graag zo mogelijk a.d.h.v. een driedimensionale kaartbeschrijving. Wat is de topografie onderwater? Welke diepte(s) kun je verwachten (en waar)?
Weercondities (en te verwachten veranderingen)? Stroming, (verwacht) zicht en temperatuur van het water(oppervlak)?
Zijn er (potentiële) gevaren en/of plaatsen waar je niet mag komen (of dingen waar je moet afblijven)?
Plaatselijk onderwaterleven (let op: je kan wel aangeven wat hier al gezien is, maar geef niet de indruk laat staan de zekerheid dat ze dat deze duik gaan tegenkomen - dat valt dikwijls tegen !).

Voorstelling, ploegenindeling en materiaal

Voorstelling van de duikgids (en de andere omkadering) en de duikers. Herkenbaarheid en positionering van de gids onderwater. Hoe evt. aandacht trekken?
Indeling van de ploegen (diveroster). Wie duikt met wie? Welke proeven worden afgenomen? Wie doet een successieve duik? Profiel van de vorige duik(en) (tijd - diepte - interval)? Andere persoonlijke bijzonderheden?
Materiaal, brevet en verzekering OK? Desgewenst medische checkup? Flessen gevuld?
Reserve- en veiligheidsmateriaal voorhanden? Waar te vinden?

Water in- en uitgaan (entry en exit), profiel en patroon

Eerst en vooral uiteraard: buddycheck !
Hoe kan je hier veilig het water in en uit? Welke techniek(en) gebruiken? Wat zijn de lokale procedures?
Welke route kan of dient gevolgd te worden? Profiel (diepte) en patroon (kompaskoers)? Maximumdiepte en -tijd?
Bij welke flesdruk enerzijds omkeren en anderzijds bovenkomen? Welke afspraken als gevorderde duikers iets dieper en/of langer willen duiken? Max. stijgsnelheid en veiligheidsstop ook niet vergeten.
Wie blijft boven? Wordt er afgemeld?
Bij boot-, nacht-, wrak-, stromings- en ijsduiken gelden uiteraard bijkomende bijzondere procedures, waarbij vaak ook aangepast materiaal meegenomen moet worden.

Veiligheids- en noodprocedures

Een inkoppertje, maar het wordt vaak vergeten: het doorlopen van de (vereiste) handsignalen. Vooral belangrijk als er zeer diverse ploegen zijn met meerdere nationaliteiten en duikers uit verschillende federaties. Gevaarlijke situaties ontstaan soms doordat buddy's elkaar onderwater niet of verkeerd verstaan.
Ken de noodprocedures. Wat zeker aan bod moet komen: verlies- en terugroepprocedure, evenals de contactgegevens van de hulpdiensten en zo mogelijk de (dichtstbijzijnde) caisson.
Moet bij elke duik voorhanden zijn: EHBO-kit en zuurstoffles. Waar te vinden? Is er een AED in de buurt?

Debriefing

Werkelijke diepte en duiktijd, drukgroep, flesdruk?
Wat wel gedaan en wat niet? Waarom niet?
Wat ging goed en wat liep fout? Wat geleerd?
Andere bijzonderheden (vliegen, inspanningen na de duik, etc.)?